Ik schreef de vorige week al over de kunstkalender en de bijbehorende expositie. Nu blijkt dat het voor die expositie de bedoeling is dat alle deelnemers een werkje op een 20x20 doekje maken, zo’n ‘3D’ doekje met een diepe rand, en we kregen allemaal zo’n doekje thuisgestuurd. Het doekje dat ik ontving bleek de reis niet helemaal ongeschonden overleefd te hebben, dus ik wilde wel even een nieuw doekje halen. Hmmm, nergens in onze metropool voorhanden in die maat. Ik heb maar een groter doekje gepakt, en daarop staan werken. Dat lost voor mij meteen het probleem met die randen op; ik ben niet gewend de randen van een doek te beschilderen (makkelijk bij sneldrogende acrylverf, maar een fors probleem bij olieverf die weken moet drogen).

Het thema is gebaseerd op de voorstelling ‘Siboleense vrouwen’ van theaterzanggroep SAS. Dat gaat over migrantenvrouwen in de omgeving Sittard-Born-Geleen. Nu is mijn probleem dat ik niet speciaal iets heb met migrantenvrouwen, dus het was even piekeren voor ik een onderwerp had dat daarmee samenhangt en tegelijk in mijn lijn ligt. De oude staatsmijnen… De Geleense wijk Lindenheuvel in Geleen lag zowat in de staatsmijn Maurits, en was een vroege migrantenwijk. Ik heb herinneringen aan Lindenheuvel, met name aan het samengepropte karakter van huizen, de mijn en daaromheen nog volop in gebruik zijnde velden. De tegenstelling velden en industrie is ook meteen de tegenstelling waar migranten met een grote klap tegenaan liepen; van de ene naar de andere wereld. Daar moest wat van te maken zijn…

Het schilderen van een groter doek waar maar een beperkt deel van als voorkant werkt bleek nog niet mee te vallen. Net zoals mijn lijsten effect hebben op het schilderij heeft ook zo’n half afgewerkte rand zijn effecten. Om te zien wat ik was aan’t doen moest ik iedere keer maar even een papieren maskertje over het doek hangen om te kijken wat het werd.

    

Dit is echt een herinnering die ik sta te schilderen, en een behoorlijk oude herinnering ook. De koeltorens van het SBB, de gashouder die boven de huizen uit torende, en direct daartegenaan een veld met korenschoven? Hoe zag het er allemaal ook alweer uit? De wijk Lindenheuvel zelf was eigenlijk nauwelijks te zien, er stonden struiken en bomen rondom de wijk. De mijn lag verder naar het zuiden, hier zag je alleen het SBB met wat nieuwere gebouwen. Maar voor mij blijft de oudere grijze betonbouw toch echt 'de mijn'. Dit is echt een plaatje dat al schilderen opgediept moest worden, enserieus bijgewerkt moest worden om aan te sluiten bij het gevoel dat die hoek ooit bij me opriep. Maar op dit moment lijkt het beeld wel redelijk op wat me voor ogen stond. Zonder randen:

Dit blijft het nu even. Ik moet het doek nu eerst laten drogen, dan op een 20x20 cm spieraampje opspannen. Daarna kan ik gaan kijken of er nog wat gedaan moet worden. Het is weer eens wat anders, zo’n landschap uit een stoffig geheugen.