Ik schrijf wel vaker dat de meeste tijd die ik aan kunst besteed in nadenken over wat ik maak gaat zitten. Gisteren waren we met de schildergroep in het Bonnefanten, en toen riep ik dat weer. Mijn werk is, zelfs al is het naar de natuur geschilderd, van tevoren bedacht. Laat ik eens een voorbeeld uitwerken van het piekerwerk waar ik nu mee bezig ben…

Het probleem.
Ik ben gevraagd om in 2012 mee te doen aan een expositie met een aantal Limburgse heuvellandschappen. Ik heb wel een paar schilderijen die ik zou willen exposeren, maar op dit moment ben ik niet echt een ‘schilder van het Limburgs heuvellandschap’. Wat ik heb zijn eigenlijk vingeroefeningen voor Noorwegen. Ik moet voor Limburgse landschappen iets anders doen dan voor Noorse landschappen.
 
Een aantal overwegingen.
Eerst maar eens het landschap zelf. Limburg is geen Noorwegen, en de dingen die me in een Limburgs landschap aanspreken zijn dan ook anders dan de dingen die me in een Noors landschap aanspreken. In Noorwegen gaat het over groot, weer en natuur als één geheel, en minimale invloed van de mens. Limburg is nu net een en al invloed van de mens, en in het heuvelland kijk je nergens echt ver; het is nu net klein in plaats van groot. Limburgs landschap bestaat uit details; een holle weg, relatief kleine velden die zich over heuvels plooien, hier en daar en graft, een bosje of een houtwal. Eventueel vakwerkhuisjes en kruizen op driesprongen, en kerktorens die nog net over heuvels en bosjes heen uitsteken. Losse elementen…
 
En dan over de vorm. Een paar weken geleden mailde een vriend me over een tekening die ik gemaakt had, en daar hebben we wat over heen en weer gemaild. Voer voor nadenken; moet ik weer eens serieus gaan tekenen?
En toen lag er sneeuw. Ik weet dat, met de afgelopen twee jaar in gedachten, het nu wat vreemd is om te zeggen, maar sneeuw is een buitenkans, een zeldzaamheid, en elke kans moet je aangrijpen. Dus ben ik niet verder gegaan met tekenen, maar werd er weer geschilderd. Wat ga ik eigenlijk precies doen?
 
Over het algemeen ben ik iemand van de korte, heftige explosie. Mijn huidige schilderijen zijn het product van één of twee uur werk, en ook toen ik grote schilderijen maakte was dat werk van uren, een dag of soms twee dagen. Geen weken.
 
Bij de expositie in Ruinen zag iemand in het vaste formaat en de lijsten een overeenkomst met sonnetten; een vooraf gekozen, nauwkeurig omschreven vorm, en binnen die beperking probeerde ik me uit te drukken. Goeie analogie, hoewel sonnetten dan in mijn ogen niet de beste vergelijking is. Wat zou je zeggen van een haiku?
Een haiku is een Japanse dichtvorm met 5-7-5 (=17) lettergrepen (ik weet het, dat klopt niet precies zo, maar wel ongeveer), met ritme als voornaamste maat. De inhoud gaat over het weer en de seizoenen en de dagelijkse omgeving, maar de inhoud wordt ook als ene metafoor gezien, iets dat de basale inhoud overstijgt.
Er bestaat een beeldende kunst die bij Haiku’s hoort; de Haiga. De meeste mensen kennen hier wel afbeeldingen van; penseeltekeningen, ogenschijnlijk simpel, snel neergezet. Vaak alleen in zwarte inkt, soms met minimaal kleurgebruik. Geen van rand tot rand vol geschilderd beeld, maar meer een losse tekening, zwervend in het vlak (een doodzonde tijdens mijn tekenopleiding: ‘Gebruik het hele vel!!!’). De inhoud van de Haiga’s is vergelijkbaar met de haiku’s.
(Over Haiku's en de vertaling naar schilderen heb ik een dagje op internet zitten lezen, er valt meer over te zeggen en te piekeren dan ik hier doe; zo zijn er vaste onderdelen en thema's die ik ook in schilderijen kan inzetten)
 
En nu concreet...
Ik kan met inkt op rijstpapier aan de slag gaan en tekeningen in die stijl maken. In feite is dat het soort van heldere, klare lijn tekenen dat die vriend van me voor ogen stond, denk ik. Maar zou het ook anders kunnen? Ik ben geen japanner, ik ben niet opgegroeid met een schrift dat al driekwart schilderen is, en ik heb een ander gevoel voor esthetiek. Wat gebeurd er als ik het Japanse idee naar mijn westerse hand zet? Geen inkt maar olieverf, gebruikmakend van de eigenschappen van olieverf (dekkend en overschilderbaar, dik en pasteus)?
Tijd voor een experiment: olieverf op papier, 18x24 cm...
 
 
Een schilderij in 17 penseelstreken. Ik zie al dat hier nog veel over te denken, en nog veel meer te experimenteren is. Twee kleuren in één penseelstreek? Heb ik wel 17 penseelstreken nodig? Hoe subtiel kan ik één penseelstreek maken? Werkt dit ook bij drukkere landschappen?
 
  

 Hoeveel meer of minder zegt dit dan het schilderij van de vorige week?