Als er een nieuwe tent komt, dan is het zaak om er zo snel mogelijk op uit te gaan om het ding eens even in het wild te testen. Het voorkomt lastige telefoontjes naar winkels in de geest van ‘Nu sta ik hier op de camping, en er zitten geen haringen bij de tent’ (citaat van een vriend van me, tijdens een van onze befaamde winterkampen; de ongelovige reactie aan de andere kant was iets in de geest van ‘Maar meneer, het is nu toch geen tijd om te kamperen!’). Thuis even kijken of alles erbij zit en hoe de tent opgezet moet worden, en dan er op uit en kijken of ook alles werkt. Ik ben op de motor gestapt, naar de Moezel gereden voor een eerste nacht en een paar glaasjes witte wijn. Zeeg genoeglijk, al was de dag daarna wat mistig. Nee, niet teveel wijn; mist, echte mist!

Ik had de dag daarvoor wel wat staan tekenen, maar dat liep nog niet echt lekker.

In feite wilde ik eerst wat reizen en rondzwerven, en had ik dit tekenen meer in gedachten voor de terugreis. Een oude les weer eens geleerd; niet uitstellen; als de gelegenheid zich voordoet moet je er gebruik van maken…

Maar ik wilde eigenlijk eerst verder door naar het zuiden van Duitsland rijden, naar de Pfalz (net wat lager als Luxemburg, ter hoogte van Metz). Rode rotsen en ruïnes. Leuk om te wandelen, mooi om te tekenen… Tent en luifel testen, wat prutsen op en rond de tent, scheerlijnen op maat maken en zo. En tussendoor wat kastelen en rotsen tekenen. Dus werd de tweede dag over kleine wegen vrolijk verder getoerd. Ik bleek ook weer even echt erin te moeten komen voor wat betreft bergwegen en bochten, en mijn hoogtevrees is er duidelijk ook nog niet minder op geworden. Maar goed, na een dagje van 8 uur ’s morgens tot 4 uur ’s middags rijden stond ik op een camping waar ik 17 jaar gelden ook al eens ben geweest. Tweede rondje tentje bouwen ging soepel, en nu ook de luifel erbij. En hoe was het? Nou, laat ik zeggen dat de tent en luifel getest is. Goed getest. Hij is in elk geval waterdicht.

Heel waterdicht. Een uur na aankomst begon het te regenen, en het is min of meer blijven regenen tot ik twee nachten en een volle dag later besloot dat het wel mooi geweest was. Op naar huis maar weer!

De grote luifel werk overigens prima, een hoop meer leefruimte, en een leefruimte waar ik gemakkelijker in en uitloop dan in mijn tent. De binnentent beschouw ik altijd als een soort van heiligdom; geen schoenen in de tent, liever geen natte jas in de tent, liever niet te vaak de tent in en uit kruipen. Alles gericht op de binnentent droog en schoon houden zeg maar. Voor de luifel gelden die beperkingen niet, en zo kon ik wat gemakkelijker af en toe eens even de benen strekken.

Een kleine opvouwbare paraplu hielp ook wel wat, maar tekenen met schetsblok en paraplu in de ene hand en potlood en penseel in de andere hand is toch niet echt handig.

En ondanks meer leefruimte en wat boeken bij me is een dag regen uitzitten toch houten kont werk op den duur. Nee, het werd een snelle en soepel rit naar huis. Door de regen.

Over autowegen was het gelukkig een stuk sneller reizen. Eenmaal thuis was het vooral een kwestie van spullen drogen en weer schoonmaken; regen levert toch altijd ook een hoop prut en rotzooi op…

.

Maar goed, de tent doet het in elk geval. En ik heb een hoop foto’s voor documentatie gemaakt; misschien komt er nog wel wat van tekenen.

Niet de komende week overigens, ik heb eerst nog even wat andere klusjes in gedachten; zo moet ik nog altijd wat inzetbakken in de lades van mijn vorig jaar gebouwde kast maken, om mijn pijpen netjes op te bergen. En mijn ‘this is your life kleine-foto-albums’ project zit nu ook in een eindsprint; ik heb hier iets van 250 foto’s liggen die nog weggestoken moeten worden (dat schreef ik meer dan een jaar geleden al eens wat over, onderaan deze post).