What I did this summer...
Deze week weer eens een lang gepland museumbezoek afgelegd. Het vorig jaar rond deze tijd ben ik naar het Magritte museum in Brussel geweest, dit jaar stond een bezoek aan het Paul Delvauxmuseum op het programma. Verder weg dan Brussel, en ik had dan ook eigenlijk het plan om er een lang weekend voor uit te trekken. Maar nu net daardoor daardoor kwam het er steeds net niet van. En dus besloot ik maandagavond om het wat simpeler aan te pakken; op één dag op en neer, en alleen het Delvaux museum. Een lange dag op de motor dus vroeg op en wegwezen. Hier was het mooi weer toen ik vertrok, onderweg werd het steeds grijzer en vielen zelfs een paar spatjes regen, maar daar –St.Idesbalt in Koksijde- scheen de zon weer. Het was even voor 12 uur voor ik daar was.
Een leuk namaak vissershuisje dat ooit in de duinen lag maar nu dus volledig is ingebouwd. Ik ben maar eens begonnen met koffie en een omelette naturel op het aanpalende terrasje. Rond 1 uur ben ik het museum ingegaan, ik ben nog een keer koffie gaan drinken, en rond half 5 was ik klaar om te vertrekken
En wat vond ik ervan? Eerst even het beste nieuws. Dit, dames en Heeren, is een museum zoals een museum hoort te zijn, en dit is een expositie zoals een expositie hoort te zijn. Tenzij U volslagen allergisch bent voor het werk van Paul Delvaux is dit een museum om te bezoeken. En als U wel allergisch voor zijn werk bent, maar toevallig museumdirecteur of kunstconservator, dan is dit museum ondanks uw allergie een verplicht nummer…
Naast ruim voldoende werk ook aandacht voor de achtergronden van dat werk, en dan niet in de vorm van commentaren van zelfbenoemde deskundigen, maar gewoon in de woorden van de schilder. Een goeie documentaire van meer dan een uur en een nette filmzaal. Heel veel schetsen met ook minder geslaagde dingen, en werk dat niet helemaal is wat we van hem verwachten.
Een blik op zijn atelier en vitrines vol spullen die hij voor zijn werk gebruikte. Zalen, vitrines en meubels allemaal in een stijl die past bij zijn werk. Bescheiden maar goeie winkel erbij, terrasje met eten en drinken erbij, perfect! Geen treurige pogingen om origineler dan de kunstenaar te zijn, of zijn werk aan te vullen of te verbeteren.
En wat vind ik dan van zijn werk? Het nadeel is dat ik al eens ooit een Delvaux in het echt heb gezien, heel lang geleden. Magritte het vorig jaar bleek in werkelijkheid een stuk leuker en mooier dan in reproductie, bij Delvaux had ik dat helaas niet. . Toen, terwijl ik zelf nog maar net bezig was met mijn opleiding, maakte Delvaux best wel indruk op me, maar dat is later afgesleten. Houterig, net niet helemaal goed getekend, stijf geschilderd… Niet mijn ding. Waarom dan toch naar zijn museum gaan? Omdat de man met een droomwereld bezig was, en omdat ik zoek naar manieren waarop zoiets vorm gegeven kan worden. En wat dat aanging was het een geslaagd bezoek. Vooral omdat het museum ook schetsen en ander werk liet zien. Wat me niet bevalt in zijn werk, het houterige, het stijve, dat blijkt een keuze van Delvaux te zijn. Eerder heeft hij schitterend geschilderde landschappen en stadsgezichten gemaakt, losjes geschilderd, helder in keuzes, net genoeg geabstraheerd, vol sfeer.
En in zijn schetsen blijft dat ook later aanwezig. Maar tegelijk vond hij –en ik vrees dat ik het met hem eens moet zijn- dat zijn werk de stijve strakheid, de details nodig had om de sfeer over te brengen die hem voor ogen stond. Ik heb het zelf ook al eens geschreven; om droombeelden geloofwaardig over te brengen is een soort van overdreven realisme nodig. Zijn schetsen zijn prachtig, maar overtuigen niet als het op geloofwaardigheid, op levendigheid aankomt. Mijn dromen zijn helaas scherp, niet vaag of geabstraheerd… Jammer, want het is tegelijkertijd een beeldtaal die me niet aanspreekt.
En het is groot werk, maar voor de verandering eens niet om harder te schreeuwen. Het formaat van zijn werk wordt bepaald door de details die hij wil laten zien, een andere en wat mij betreft acceptabelere reden. Wat me nog het meest aantrekt in zijn werk is het kijkdoos-achtige, het theatrale. Dat wordt versterkt door de vele vaste figuren die hij gebruikt. Had Magritte de bolhoedmannen, Delvaux heeft een heel toneelgezelschap aan vaste karakters dat hij laat opdraven. Hij deelt in elk geval mijn liefde voor Jules Verne; voor degene die met google afbeeldingen eens even Paul Delvaux opzoekt: kijk eens naar deze figuren:
Dit zijn illustraties uit mijn eigen reeks Jules Verne boeken. Bij Delvaux komen ze, bijna als commedia dell'arte karakters, telkens weer voorbij
Overigens kwam ik her en der uitspraken van Delvaux tegen die me uit het hart gegrepen waren; blijkbaar hebben we toch wel meer gemeen. Voorbeelden?
Zolang een idee een geestesconstructie blijft, ziet het er prima uit. Zodra ik ze probeer om te zetten in plastische substantie, verliest ze een deel van haar betovering.
en
Je hoopt altijd dat je ooit iets zult maken waarvan je zegt: ‘Dat is het!’, maar je bent er nooit zeker van wanneer je daarin zult slagen: nu, de volgende keer of gewoon nooit.
Een feest der herkenning, al word ik er ook niet blij van als anderen hetzelfde probleem als ik hebben.
Ik ben nog even naar het strand tussen Koksijde en De Panne gereden, maar dat is dus regelrecht verschrikkelijk; alles hoogbouw tot pal aan het strand. De thuisrit was soepel, al kreeg ik serieus last van een houten kont. Goed, al met al bijna 600 kilometer, maar ik maak toch wel langere dagen op de motor! Op de terugweg ook weer een paar spatjes regen, en nu hoog rijzende wolkenkoepels, maar het werd geen stortbuienweer.
Teer ik dan een hele week op zo’n bezoek? Nee, ik ben met van alles bezig, maar over veel dingen heb ik niet zoveel te vertellen.
Ik heb veel zitten tekenen, maar dat was wat los gemodder. En ik heb eindelijk eens een van de grote computertekeningen laten drukken.
Die hangt nu hier in de boekenkast, en ik kijk ernaar en probeer erachter te komen wat ik daar nu van vind.
De komende week kan ik dat ook gaan doen met de foto’s van een paar weken geleden; de vergrotingen zijn vandaag binnen gekomen…